Volgens de legende zouden de tapas ontstaan zijn in de bars van de regio van Jerez en Sevilla, waar men een heerlijke sherry 'fino' voor het eten dronk. De vliegen werden er echter steeds meer irritant naarmate het warmer was. Ze dwongen de gasten er toe om hun glas af te schermen. Dat gebeurde door er een klein bordje op te zetten. Op een dag kreeg een eigenaar van een bar uit Sevilla het idee om op dit bordje een stukje ibrico ham of queso manchego te leggen. Toen hij merkte dat zijn gasten ervan genoten, probeerde hij het de volgende dag met enkele in knoflook gemarineerde ansjovissen en met verse olijven. Nog eens een dag later vroeg en de tevreden gasten er zelf met veel gretigheid naar en maakte hij opnieuw kleine lekkernijen. Op die dag werden de tapas geboren! Uiteraard bestaat er geen enkel bewijs omtrent de authenticiteit van deze anekdote, maar vandaag de dag betekent het werkwoord 'tapear' wel degelijk de activiteit van het van bar naar bar trekken om daar steeds een sherry of glas wijn te drinken met steeds een tapa erbij. Het werkwoord 'tapar' betekent overigens 'bedekken'.